Na het ontbijt
wandelden we door een tunnel vlak naast ons hotel waar we
gisteren ook al doorheen waren gereden. de tunnel was alleen
aan het begin en eind afgewerkt, in de rest van de tunnel
zag je de ruw gehakte lavarots met scheuren en gaten waar
soms het water doorheen sijpelde. Hoewel het zonnig en warm
was gingen dus wel de jassen aan want je werd echt nat. Aan
de andere kant van de tunnel was een oude brug die naar een
bergpad langs de kust leidde.
Na dit avontuurtje reden we langs een oude bochtige en soms
behoorlijk steile kustweg richting Funchal via Ponta do Sol,
Ribeira Brava en Camara de Lobos De weg voerde langs bananenplantages en
wijngaarden, die we soms een paar keer zagen als we de weg,
die niet altijd duidelijk was aangegeven, kwijt waren. We
stopten bij een aantal uitzichtpunten maar één daarvan,
Gabo Girão, was bijzonder, dit is de op twee na hoogste
zeekaap ter wereld. Boven tegen de rots was een doorzichtig
plateau gebouwd waardoor je de afgrond onder je zag. Heel
eng om over dit glasplateau te lopen.
In Camara do Lobos, een oud vissersplaatsje, gebruikten we
de lunch op een terrasje aan de vissershaven. De vissers
vissen hier 's nacht op haai en zwaardvis en werken overdag
aan de boten of doen een spelletje kaart of domino op een terrasje
aan de haven.
We zijn er nu ook achter waarom de vissersvloot gisteren om
4 uur 's middags niet binnenkwam, die kwam dus om 4 uur 's
nachts naar de haven.
Na nog wat omzwervingen kwamen we in Funchal aan, een stad
met een nogal druk verkeer zonder zichtbare straatnaamborden
of plattegronden. Maar een vriendelijke taxichauffeur kon
ons gelukkig vertellen waar we ongeveer ons hotel konden
vinden.
De komende dagen hebben we een mooie hotelkamer met balkon
op de zonkant en uitzicht op de oceaan.
|
|
|