naar de vorige pagina

Omgeving Familie Kieboom

Terug naar de startpagina

 

Werkendam

Wirkenemunde (1064) verandert zijn naam in Werkendam nadat omstreeks 1230 een dam in het riviertje de Werken is gelegd.
De gemeente bestond bijna geheel uit eilanden en platen, in de Biesbosch gelegen, en slechts uit een klein gedeelte vasteland. Bedijkingsprojekten en terugwinning van land op water hebben het dorp gemaakt tot wat het nu is.
Werkendam, De Werken, Sleeuwijk, Munsterkerk en Muilkerk hebben vóór 1811 een eigen dorpsbestuur.
Door samenvoegingen zijn eerst De Werken en Sleeuwijk, en Dussen ontstaan.
Bij latere herindelingen zijn aan Werkendam toegevoegd: 1950 De Werken en Sleeuwijk, 1973 Almkerk (ged, 1879 Emmickhoven), 1997 Dussen (1973 Almkerk (ged, 1879 Emmickhoven) Eethen (ged)).

De Werken en Sleeuwijk

De Werken en Sleeuwijk maken vanaf 14 mei 1810 deel uit van de gemeente De Werken en Sleeuwijk, ook wel genoemd De Werken c.a.
De Werken en Sleeuwijk is vanaf 1950 deel gaan uitmaken van de gemeente Werkendam.

Gorinchem

meestal uitgesproken en soms ook geschreven als Gorcum of Gorkum
Men neemt aan dat Gorinchem is ontstaan doordat vissers en boeren rond het jaar 1000 een nederzetting stichtten op wat hoger gelegen land nabij een monding van de Linge in de Merwede. Gorinchem ("Goriks Heem") wordt het eerst genoemd in een document uit 1224 waarin Floris IV de Gorcumers de tolvrijdom in het gehele graafschap Holland bevestigt
Op 11 november 1382 verleende Otto van Arkel Gorinchem stadsrechten.
Aan het eind van de 13e eeuw werd de nederzetting een vesting door het opwerpen van met palissaden versterkte wallen. Halverwege de 14e eeuw werden de wallen verder versterkt met stenen muren en torens. Al deze inspanningen konden niet voorkomen dat Gorinchem in 1417 definitief door Holland werd ingelijfd.
De stadsmuren uit de 14e eeuw waren tweehonderd jaar later zo verzwakt dat zij aan vervanging toe waren. Er kwam een nieuwe vestingwal met elf bastions, die nog bijna volledig intact is. Door de nieuwe omwalling, afgerond in 1609, werd de stad tweemaal zo groot.
In de middeleeuwen werden de stad en haar inwoners regelmatig bedreigd. In de eerste plaats door het water, dat ook na de aanleg van dijken een gevaar bleef. Besmettelijke ziekten eisten regelmatig hun tol, terwijl het land van de Heren van Arkel een gewilde prooi was voor de buurstaten Holland en Gelre.
Na de bloei in de Gouden Eeuw kwam in de 18e eeuw de teruggang. Het dieptepunt werd bereikt aan het einde van de Franse overheersing. De terugtrekkende Franse troepen verschansten zich in de vesting Gorinchem. Na een drie maanden durend beleg, waarbij de stad ten gevolge van beschietingen veel schade opliep, gaven zij zich over.
Na de economische recessie profiteerde Gorcum van de opkomst van de industrie. De bouw van stoomschepen leidde tot meer scheepvaartverkeer. Er werden kanalen gegraven en er kwam een spoorweg, waardoor de stad beter bereikbaar werd. Het aantal inwoners nam toe. De binnenstad raakte zo vol dat er buiten de wallen woningen moesten worden gebouwd.

 

Willem Kieboom vestigde zich in Gorinchem aan de Pompstraat

Coenraad Kieboom werd scheepsbevrachter met kantoor aan de Havendijk in Gorinchem