naar de vorige pagina

Mahoniefamilie  (Meliaceae)

Terug naar de startpagina

vorige blad

volgende blad

Meliaceae, de Mahonie- of Mahogany family is een botanische naam voor een familie van tweezaadlobbige planten. De familie telt zo'n zeshonderd soorten, van vrijwel uitsluitend houtige planten: struiken en bomen. Deze komen voor in de tropen en subtropen.
De familie is het bekendst als leverancier van hout (mahonie, loofhoutceder, etc) en als de familie waartoe 'neem' (Azadirachta indica) hoort.


Swietenia, de Mahonieboom, groeit in Tropisch Amerika en in het Caribische gebied. De bekendste is de "Swietenia macrophylla", de Amerikaanse mahonieboom wordt maximaal 30 meter. Daarnaast zijn er mahonie soorten of familieleden als Sapeli-, Sipo- en Tiama-mahonie uit Afrika en Azië. De Afrikaanse familie wordt aanmerkelijk groter, 40 tot 60 meter, met een doorsnee van 150 tot maximaal 200 cm. De verschillende groei omstandigheden maakt dat het hout in kleur en eigenschappen varieert. 
Cuba-mahonie en die uit de Caraïben worden geroemd om hun kleur en tekening. Door verkeerd bosbeheer en totale roofbouw komt deze mahonie niet veel meer voor.
 

Swietenia macrophylla, de Honduras mahonie, big-leaf mahonie of West-Indiase mahonie, is een plantensoort in de Mahonie-familie. Het is een van de drie soorten die echt mahoniehout oplevert, de andere zijn Swietenia mahagoni en Swietenia humilis.

Mexican mahogany  (Swietenia humilis)

Mexico Palenque    7 december 2011

Toona sinensis,de Chinese mahogany, Chinese toon, of Red toon is inheems in het oosten en zuidoosten van Azie, van Noord Korea, China, Nepal, noordoost India, Myanmar, Thailand, Maleisië tot het westen van Indonesie.
Het is ook bekend als  Indonesian mahogany of Vietnamese mahogany. Deze soorten geven waardevol timmerhout.

Indonesische mahonie of Vietnamese Mahonie  (Toona sinensis)

Indonesië Flores Tado  ‎19 ‎mei ‎2017

Azadirachta indica, ook bekend als Neem (uitspraak: niem), is een boom (of struik) uit de Mahoniefamilie. De soort wordt in India gebruikt voor medicinale toepassingen. Hiervoor worden alle delen van de plant gebruikt, maar vooral de neemolie die uit de vruchten geperst wordt.
Het is een snelgroeiende en meestal groenblijvende boom, die gemiddeld vijftien tot twintig meter hoog wordt en in uitzonderlijke gevallen tot veertig meter hoogte kan bereiken. De boom kan tot tweehonderd jaar oud worden. De stam is relatief kort en zelden langer dan drie meter. De takken zijn wijd gespreid. De kroon is rond of ovaal met dichte bladgroei. Bij grote droogte kan de boom zijn blad verliezen.
Het samengestelde blad van twintig tot veertig centimeter lengte bestaat uit eenendertig oneven geplaatste bladspitsen van zo'n zeven centimeter lengte.
De bloeivorm bestaat uit samengestelde pluimen tot vijfentwintig centimeter lengte waaraan honderdvijftig tot tweehonderdvijftig kleine bloemetjes bloeien. De welriekende bloemetjes hebben een omvang van ongeveer een centimeter.

Neem / Nimtree (Azadirachta indica)

Nepal Chitwan  ‎26 ‎maart ‎2014


Melia azedarach, de Indische sering, is een plant uit de Mahoniefamilie. Het is een tot 15 m hoge boom met een losse kroon met krachtige twijgen. De 20-40 cm lange, afwisselend geplaatste bladeren zijn dubbelgeveerd. De deelblaadjes zijn tot 8 cm lang en hebben een grofgezaagde rand. De Indische sering is inheems in Azië en Australië.
De bloemen verschijnen meestal tegelijk met de bladeren. Ze groeien in losse, tot 30 cm lange pluimen, die geuren naar seringen. De afzonderlijke bloemen zijn 2 cm breed en bestaan uit vijf bleeklila kroonbladeren en een donker roodviolette buis van meeldraden in het midden van de bloem. De vruchten zijn goudgeel, bolvormig, 1,5 cm groot, giftig en bevatten een harde pit.

Indische sering / Chinaberry tree or Indian Lilac (Melia azedarach)

Nepal Chitwan  ‎25 ‎maart ‎2014


vorige blad

volgende blad