|  | Napjesdragersfamilie (Fagaceae) |  | 
|  volgende
                blad | 
Fagaceae, de napjesdragersfamilie, ook wel beukenfamilie genoemd, is een van de belangrijkste families van bomen op het noordelijk halfrond. Kenmerkend is het napje (cupula), dat de vrucht beschermt. Bij kastanjes is het napje geëvolueerd tot een complete schil.
Quercus, Eik, is een geslacht van loofbomen. Tot dit geslacht behoren zowel bladverliezende als groenblijvende bomen.
Quercus robur, de zomereik, is een zeer lang levende,
          Europese, hardhout leverende boom. De eik heeft zich sinds de laatste
          ijstijd vanuit Zuid-Spanje, Zuid-Italië en het zuiden van de Balkan
          naar het noorden over Europa verspreid.
          Het blad van de zomereik is onregelmatig gelobd, met 3 - 7 diepe
          bochtige insnijdingen en heeft een asymmetrische vorm. Het blad is
          kaal en heeft zijn grootste breedte boven het midden. De bladsteel is
          kort (1–9 mm).
          De zomereik is eenhuizig. De mannelijke en vrouwelijke bloemen komen
          in aparte bloeiwijzen op de boom voor. De 2–3 cm lange eikels
          staan, vaak gepaard, op flinke (5–12 cm) lange steeltjes
| Zomereik (Quercus robur) | ||
| 
 | 
 | 
 | 
| Nederland Kootwijk-Kootwijkerzandt 8 september 2019 | Nederland Muiden-eiland Hooft 7 september 2012 | Nederland Loenen aan de Vecht 25 mei 2015 | 
| 
 | ||
| knikkergallen van de galwesp - Nederland Dalen 22 mei 2016 | 
Quercus ithaburensis subsp. macrolepis, the
          Valonia eik,
          groeit in de Balkan en in de landen zuidelijk en oostelijk van de
          Middelandse zee. De Valonia eik is de nationale boom van Jordanië.
          De Eikels
          hebben een hoog gehalte aan voedingswaarde waardevolle materialen; en
          de cupules zijn rijk aan tannines, ze worden door
          de lokale bevolking gebrikt voor menselijke consumptie, varkensvoeding
          en looien.
| Valonia eik / Valonia oak (Quercus ithaburensis macrolepis) | ||
| 
 | 
 | |
| Jordanië Iraq al Amir 24 april 2016 | ||
 Quercus suber,  de kurkeik, is een boom uit de
          napjesdragersfamilie, die van nature voorkomt in
          Zuid-Europa en Noord-Afrika. Deze, ca 20 m hoge, groenblijvende eik
          wordt voor het kurk gekweekt in Spanje , Portugal , Algerije , Marokko
          , Frankrijk , Italië en Tunesië
          De kurkeik heeft een koepelvormige, uitgespreide, zware kroon met
          verdraaide takken. De schors is erg ruw en bevat dikke richels. Het is
          bleekbruine of bleekgrijze kurk. Zijn de stammen "ontkurkt",
          dan is de kleur rozerood.
          De bladeren zijn eirond en spits. Ze hebben vijf of zes ondiepe
          stekelpuntige lobben aan weerszijden. De grootte is ongeveer 5 × 3 cm.
          Het blad is zwartachtig groen aan de bovenzijde. De onderzijde is
          dicht behaard. De bladeren zitten vast aan een donzig behaarde
          bladsteel van circa 1 cm lang.
          De kurk wordt om de 8-10 jaar van de stam gepeld
| Kurkeik / Cork oak (Quercus suber) | ||
|  | 
 | 
 | 
| Marokko Forest Maâmora 23 april 2019 | ||
Quercus rubrae, de Amerikaanse eik, is een
          snelgroeiende boom uit de napjesdragersfamilie. De soort komt
          oorspronkelijk uit het oosten van Noord-Amerika. De kroon is breed en
          koepelvormig. De boom heeft een korte, rechte stam; de takken vormen
          kransen. De glimmend roodbruine twijgen zijn kaal en wrattig en zijn
          op latere leeftijd dof glimmend en grijsachtig. De spitse knoppen zijn
          donkerrood tot bruinachtig. De schors is glad en zilverkleurig grijs.
          In Nederland bloeit de boom in mei.
          De bladeren zijn langwerpig en kunnen soms wel 20 cm lang worden. Ze
          hebben een wigvormige bladvoet en vier tot vijf spitse, getande
          lobben. De uiteinden lijken kleine kammetjes. De bladstelen zijn geel
          en 2-5 cm lang. De bladkleur wordt van bleekgeel tot donkergroen aan
          de bovenzijde en bleekgrijs aan de onderzijde. In de herfst zijn de
          bladeren dofrood of roodbruin. De Amerikaanse eik heeft donkere,
          roodbruine eikels met een scherpe punt en een afgeplatte voet; ze
          zitten in ondiepe napjes.
| Amerikaanse eik / Northern red oak (Quercus rubra) | ||
| 
 | 
 | 
 | 
| Nederland Dinkeloord 24 juni 2020 | ||
| 
 | ||
| Nederland Kaatsheuvel 14 juni 2017 | 
Castanea, Kastanje, is een geslacht van loofbomen dat in Nederland niet autochtoon is. De bladeren zijn veernervig en hebben een gezaagde bladrand. Het geslacht kastanje omvat circa negen soorten kastanjebomen, waarvan de meeste zo'n 30 tot 40 meter hoog worden:
Castanea sativa, de tamme kastanje, is een
          loofboom uit de napjesdragersfamilie, inheems in de mediterrane
          eikenbossen van Zuid-Europa, Noord-Afrika en West-Azië. De boom kan
          een hoogte bereiken van 25-35 meter.
          De tamme kastanje heeft lange, grof gezaagde lancetvormige bladeren,
          glanzend donkergroen aan de bovenzijde,aan de onderzijde is iets
          lichter. Na het uitlopen van de bladeren verschijnen de
          hoofdjesjachtige mannelijke bloemen die als een parelsnoer aan
          rechtopstaande, lange katjes zitten. De vrouwelijke bloemen bevinden
          zich aan de basis van de katjes, omgeven door een groene, schubachtig
          bebladerde vruchtbeker.
          De vrucht van de tamme kastanje is een noot die met 2 tot 4 stuks in
          een bolster zitten. Deze bolster wordt gevormd door schutbladen
| Tamme kastanje / Sweet chestnut (Castanea sativa) | ||
| 
 | 
 | 
 | 
| Nederland Muiden-eiland Hooft 31 oktober 2011 | Nederland-Harderwijk-eiland De Biezen 28 augustus 2014 | Nederland Muiden-eiland Hooft 23 oktober 2015 | 
Fagus is de botanische naam van een geslacht van loofbomen. Hiervan komt in Nederland en België de beuk voor. Het geslacht Fagus telt circa tien soorten bomen. Ze komen van nature voor in de gematigde delen van het Noordelijk Halfrond.
Fagus sylvatica, de beuk, is een plant uit de
          napjesdragersfamilie. Het is een van nature in Europa voorkomende
          boom.
          De beuk kan tot 46 meter hoog worden. De stam is glad en grijs en de
          bast is dun, waardoor de boom bij plotse blootstelling aan zonlicht
          gevoelig is voor schorsbrand. Het blad is veernervig, licht gegolfd en
          licht glanzend. De plant is eenhuizig; er zijn dus mannelijke en
          vrouwelijke bloemen aan dezelfde boom. De knoppen zijn langwerpig en
          geschubd. De beukennootjes worden omsloten door een napje, dat gevormd
          wordt uit de vruchtbladen en de schutbladen. In elk napje zitten twee
          nootjes.
| Beuk (Fagus sylvatica) | ||
| 
 | 
 | |
| Nederland Huizen-Tafelbergheide 2 september 2019 | ||
|  volgende
                blad |