Hof
van Twente
Markelo
Plaatsing
Chalet
De
tuin
Vogels
in de tuin
Planten in de
tuin
Vlinders in
de tuin
Insecten in
de tuin
Andere dieren
in de tuin
Paddenstoelen
in de tuin
Vijver
Moerastuin
Landgoed
Warmelo
Landgoed
Nijenhuis
Landgoed
Westerflier
Landgoed
Twickel
Landgoed
Weldam
Watermolen
in Diepenheim
De
Regge
Natuurgebied
de Borkeld in Markelo
|
Vlakbij Delden in Twente ligt landgoed Twickel, bijna zeven eeuwen oud.
Kenmerkend zijn het kasteel, de historische boerderijen en het
kleinschalige coulisselandschap.
Een cultuurlandschap waarin bossen met eeuwenoude eiken, heidevelden en
vennen, akkers en weilanden omzoomd met houtwallen elkaar afwisselen.
Op het landgoed bevinden zich 144 boerderijen (herkenbaar aan de
zwart-witte luiken) twee watermolens, een watertoren en een houtzagerij.
|
|
De laatste ‘heer van Twickel" was Rodolphe Frédéric Baron van
Heeckeren van Wassenaer die in 1922 trouwde met Marie gravin van
Aldenburg Bentinck.
De Barones bracht het landgoed Twickel in 1953 onder in de Stichting
Twickel.
De stichting kreeg als doelstelling het behoud van het landgoed als
natuur- en cultuurmonument en het handhaven van haar historische
betekenis.
Tot haar overlijden in 1975 fungeerde de barones als
bestuursvoorzitter. Zij bepaalde dat het huis na haar dood bewoond
moest blijven.
M.A.M.A. barones van Heeckeren van Wassenaer-Gräfin von Aldenburg
Bentinck overleed in 1975.
Het woonrecht op Twickel ging over op haar achterneef Christian Graf
zu Castell-Rüdenhausen, die in 1982 met zijn gezin de zuidvleugel van
het kasteel betrok.
Graf Christian overleed in januari 2010. Tegenwoordig wordt het huis
bewoond door zijn zoon Roderik met echtgenoot Liesbeth en hun twee
zoontjes.
|
|
|
|
|
|
|
|
Kasteel Twickel
|
Landschapstuin
|
Rotstuin in Victoriaanse stijl, ontworpen door de
laatste Barones
|
Theehuis, geschonken aan de Barones door haar pachters
op haar 80e verjaardag in 1959
|
|
|
|
|
Het Hoogje met tempeltje
|
Spiegelvijver
|
Rozentuin
|
Watertoren
|
Vlinders in de rotstuin
|
|
|
|
|
|
|
Bont zandoogje
|
Citroenvlinder
|
Dagpauwoog
|
Distelvlinder
|
Gehakkelde aurelia
|
Klein geaderd witje
|
Kleine vuurvlinder
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Libellen rond de vijver en in de tuinen
|
|
|
Bruinrode heidelibel (Vrouwtje)
|
Bruinrode heidelibel (Mannetje)
|
Houtpantserjuffers (tandem)
|
De Twickeler Houtzaagmolen
Op het langoed Twickel aan de Oelerbeek liet
de eigenaar van het landgoed, Graaf Carel George van Wassenaar Obdam, in
1770 een zaag- en pelmolen
bouwen.
Hij kocht hiervoor een stellingmolen in de Zaanstreek die
hij over water naar
Enter liet vervoeren, daarna met paard en wagen naar het landgoed
waar de molen aan de Oelerbeek werd opgebouwd.
De molen was een achtkantige stellingmolen met drie verticale zaagramen
met slede en op de eerste verdieping een pel-installatie voor het pellen
van allerhande granen.Om de te zagen bomen naar de zaagmolen te krijgen
liet Carel George tussen 1771 en 1775 de Twickelervaart graven.
Dit ondiepe kanaal tussen Delden en Enter werd bevaren met Enterse
zompen. Het hout voor de zaagmolen kon daardoor vanuit het westen
van het land met schepen naar de zaagmolen worden gebracht.
In de buurt van de molen kwam een haven met een hefkraan en daarbij
werd een schippersherberg gebouwd. Dit complex kreeg de naam "Carelshaven", nu
staat er een hotel met dezelfde naam
In 1883 werd de aandrijving op windkracht vervangen door een
stoommachine. In 1922 werd de stoomkracht vervangen door een
elektromotor.
De Twickeler Houtzaagmolen
De tegenwoordige houtzaagmolen bestaat uit de houten onderbouw
van de oorspronkelijke windmolen met daarnaast het bakstenen
gebouwtje voor de stoomketel en stoommachine. Het houten molengebouw
bestaat uit een vierkant middengedeelte waarop de molen heeft
gestaan, met aan weerszijden een rechthoekige zaagschuur. Het geheel
heeft een lengte van bijna achtentwintig meter en is ruim tien meter
breed. Het bakstenen gebouwtje meet zestien bij vijf meter. De
houten wanden zijn zwart geschilderd en het geheel is gedekt met
rode pannen.
Het hele gebouw staat op een aantal bakstenen poeren of stiepen
met daarop een grote vierkante deksteen van Bentheimer zandsteen. De
zaagvloer ligt daardoor ruim een meter boven de grond. De ruimte
onder de zaagschuren is open, die onder het vierkante molengedeelte
is ommuurd en vormt een kelder, het kot, waarin het zaagsel zich kan
ophopen. In het middengedeelte bevindt zich het zaagraam en de
horizontale zaagmachine, de beide zijschuren geven ruimte voor de
zaagsleden.
Aan de linkerkant van de molen zien we de sleephelling waarover
we de stammen naar binnen trekken om deze vervolgens op de zaagslede
te bevestigen. Na het zagen bevindt zich de slee in de rechter
zaagschuur zodat het gezaagde hout door de deuren aan die zijde kan
worden afgevoerd.
|
|
|
|
|
|
|
|
Het
originele middelste verticale zaagraam |
de "winderij"
tegen de zoldering |
de nieuwere horizontale
zaag |
dakconstructie
van de linker en rechter zaagschuur |
|
|
|
|
|
niet de originele stoommachine |
de aandrijving
boven de zaagmachines |
Stoeltjesboor
voor het boren van gaten in zware balken |
|
Houtzagerij Twickel
De oude houtzaagmolen heeft tot 1975 dienst gedaan, waarna de
zagerij in een nieuw gebouw met moderne machines de productie
overnam.
|
|